Na een succesvol optreden op het hoofdpodium van Ribs & Blues ontmoet ik JJ Grey backstage en vraag hem natuurlijk eerst wat hij zelf van zijn concert op dit festival vond. Grey: “Het was fantastisch. Het is sowieso fijn hier te spelen voor zo’n enthousiast publiek. We hebben er volop van genoten en het is ook nog eens een te gek festival.”
Je tourt veel in de Verenigde Staten. Daar ben je ook al geruime tijd een gevestigde naam. Tot mijn verrassing is dit in Europa veel minder het geval. Hoe komt dit volgens jou?
“Ik heb mij lange tijd niet zozeer op Europa gericht. En mij daar eerlijk gezegd ook niet zo mee bezig gehouden. Ik heb hier een paar jaar geleden overigens wel al gespeeld. Onder meer in Paradiso. Dat was ergens rond 2003, dacht ik. In Paradiso heb ik zowel in de bovenzaal als in de grote zaal gestaan. Ik ben wel van plan mij no ook meer op Europa te gaan richten. In juli zijn we weer in Nederland. We spelen dan op het North Sea Jazz festival in Rotterdam. Ik kom hier graag en vind het prachtig dat de mensen mijn muziek kennen. Het is te gek als ik zie dat het publiek mijn nummers meezingt.”
“Ik ben een groot bewonderaar van Otis Redding
Wat een stem! En wat een muziek!”
Je muziek heeft een enorm soulgehalte. Mede ingegeven door je warme en rauwe stemgeluid en de heerlijke blazers. Wat heb jij met soulmuziek?
“Als kleine jongen al luisterde ik – soms heimelijk – naar de platencollectie van mijn vader met veel soul, country en bluesmuziek. Met name de muziek en het stemgeluid van Otis Redding greep me meteen naar de keel. Ik ben een groot bewonderaar van Otis. Wat een stem! En wat een muziek! Dit geldt overigens ook voor Toots Hibbert. Dat zijn wel mijn favoriete zangers.”
Wanneer ben je zelf begonnen met muziek maken?
“Ik ben rond mijn twaalfde begonnen met muziek maken. Op mijn eerste gitaartje die toen nog tien dollar kostte. Maar ik moet je eerlijk zeggen dat ik daar al snel de brui aan gaf omdat ik vond dat ik waardeloos gitaar speelde en het maar niet in de vingers kreeg. Rond mijn zeventiende ben ik wel gaan spelen in een aantal coverbandjes maar echt serieus gitaar spelen ben ik pas weer gaan doen toen ik midden twintig was. Later ben ik ook andere instrumenten gaan spelen.”
Wanneer ben je met een eigen bandje begonnen? En onder welke naam?
“Dat was rond 1998. Toen al onder de naam JJ Grey & Mofro. En in 2001 bracht ik mijn eerste album (Blackwater, red.) uit.”
Wat betekent Mofro eigenlijk?
“Dit betekent eigenlijk niet iets specifieks. Het is meer een naam. Een bijnaam wel te verstaan. In mijn woonplaats werd ik vroeger zo genoemd.”
Je bent een veelzijdig artiest. Zanger, songschrijver, muli-instrumentalist. Daarnaast produceer je alles ook zelf. Ik krijg de indruk dat je alles het liefst in eigen handen houdt. Klopt dat?
“Dit werkt voor mij het beste. Ik heb thuis een eigen studio waar ik heerlijk kan jammen. Hier neem ik alles ook eerst op. Ik speel alle partijen op de verschillende instrumenten zelf in en maak daar een demo van. Die stuur ik dan op naar mijn bandleden. De blaaspartijen fabriceer ik gemakshalve door blazersgeluiden te maken met mijn mond. Vervolgens maken Art Edmaiston en Dennis Marion (de blazerssectie, red.) daar iets moois van. Alle bandleden nemen hun partijen onder handen en op een gegeven moment duiken we de studio in om de nummers op te nemen.“
Je weet je te omringen met de beste muzikanten die allemaal graag met je willen spelen. Hoe lang bestaat de band al in deze bezetting?
“Ik ben ook blij dat deze gasten met mij willen spelen. Het zijn stuk voor stuk geweldige muzikanten. We spelen alweer aardig wat jaartjes samen. Onze geweldige bassist Todd Smallie is er als laatste bijgekomen. Ik denk dat hij nu zo’n drie jaar bij ons is. Todd speelde eerder al in The Derek Trucks Band.”
Je speelde vanmiddag ook The Sweetest Thing. Dit nummer is opgedragen aan je dochter. Hoe oud is zij en heb je nog meer kinderen?
“Ja, dit nummer is voor ‘my little girl’ en speel ik eigenlijk altijd wel tijdens een optreden. Ze is nu vier. Daarnaast heb ik ook een al volwassen zoon. Hij is vijfentwintig.”
Ben je getrouwd?
“Jazeker. En nog steeds met dezelfde vrouw, ha ha. Beide kinderen zijn van mij en mijn vrouw.”
Voor mij als vader is het speciale gevoel van het krijgen van een dochter – naast het al hebben van een zoon – heel herkenbaar. Mis je haar niet ontzettend als je op tournee bent?
“Ik weet precies wat je bedoelt. Dit is zó bijzonder. En anders als vader. Ja man, ik mis haar ontzettend als ik op tour ben. Ik kan niet lang zonder haar. Ik probeer daar met het tourschema dan ook rekening mee te houden. Dat ik haar niet te lang hoef te missen, bedoel ik. Voor Europa betekent dit dat ik de tours zo probeer te plannen dat ik niet te lang achter elkaar van huis ben. Of tussendoor even naar huis kan.”
“Naast Otis Redding is Toots Hibbert één van mijn favoriete zangers”
Het nummer The Sweetest Thing – afkomstig van je album Georgia Warhorse uit 2010 – heb je opgenomen met de geweldige Jamaicaanse zanger Toots Hibbert van Toots & The Maytalls. Hoe is deze samenwerking tot stand gekomen?
“Naast Otis Redding is Toots Hibbert één van mijn favoriete zangers ‘of all times’. Ik kom regelmatig in de Caribbean en West-Indies. Ook in Jamaica. Daar ontmoette ik Toots op een festival waar hij speelde. Mijn manager heeft toen contact gelegd met zijn manager en hem uitgelegd dat ik al heel lang een groot bewonderaar van hem ben. Toen is dat balletje gaan rollen, en van het één kwam het ander.”
Kende Toots Hibbert jouw muziek al?
“Nee, op dat moment nog niet.” Daarna is hij naar mijn muziek gaan luisteren.”
Je komt vaak in de Carribean en West-Indies. Hoe zit dat?
“Man, ik hou er van om daar te zijn. Ik voel mij daar echt thuis. De sfeer, de muziek, het weer en de gemoedelijkheid. Heerlijk! Mijn vrouw komt daar trouwens ook vandaan. Zij is van Barbados. En natuurlijk het klimaat, het warme weer. Dat spreekt mij ook zeer aan.”
Het klimaat? Maar je komt uit Florida man! Volgens mij heb jij niks te klagen. Daar is het toch altijd lekker warm?
“Haha, nee hoor, in vergelijking met de Caribbean en de West-Indies vind ik het bepaalde perioden van het jaar maar ‘koud’ in Florida, (lacht).”
Mijn vader is Arubaan en mijn overgrootvader komt van Trinidad.
“Oké, wat leuk man. Als daar je roots liggen moet je mijn voorliefde toch zeker herkennen.”
Als ik Grey tot slot vraag wanneer hij weer naar huis gaat – oftewel wanneer hij zijn ‘Sweetest Thing’ weer in de armen kan sluiten – gaat het antwoord dat hij over een kleine week weer naar huis vliegt gepaard met een alles zeggende glimlach.
N.B. Onlangs bracht JJ Grey & Mofro een nieuw album uit, getiteld This River. Lees de CD-recensie