Relaxt genieten van muziek met een rafelrandje
‘Het eerste festival dat zich exclusief richt op singer-songwriters, indie en folk. Een DJ zul je er niet tegenkomen.’ Twee regels uit de aankondiging van het Festival The Brave, dat dit jaar voor het vierde jaar op rij plaatsvindt aan de rand van Amsterdam. Dit keer op een nieuwe locatie: de Fruittuin van West. Inderdaad, tussen de fruitbomen en frambozenstruiken. Met vier podia, 28 optredende artiesten of groepen en enkele tientallen kippen en hanen die vrolijk rondscharrelden tussen de muziekliefhebbers.
Inderdaad, een DJ kwamen we niet tegen op het idyllisch gelegen festivalterrein. Wel een keur aan ‘jongens en meisjes met gitaren’ en bandjes die met enige fantasie onder de categorie ‘indie en folk’ kunnen worden gerangschikt. Soms optredend als duo (het uit Australië afkomstige Hollow Coves is daarvan een mooi voorbeeld). Soms ook met drie of meer mensen op het podium, waarbij de muziekstijl varieert van prettig rammelende punkrock tot meer traditionele folkmusic met country-elementen. Kortom, voor elk wat wils op de vier podium, met tussendoor de mogelijkheid om hier en daar een rijp appeltje van de boom te plukken of schaaltje bio-poffertjes te scoren.
Terwijl het publiek langzaam binnendruppelt en kennis maakt met de nieuwe omgeving, is het aan Jasper Schalks en zijn band om het festival om 13.15 uur te openen. Hij doet dat in The Pit, een overdekt prieeltje gelegen in een deels uitgegraven heuvel. Een ideale plek om rondom zittend in het gras in het zonnetje te genieten van de pure americana die Jasper Schalks speelt.
Wat eigen werk en een enkele cover (waaronder een mooie versie van het door John Prine geschreven Angel From Montgomery). Het klinkt lekker, het klinkt relaxt. Alleen jammer dat het terrein nog akelig leeg is en het weinige publiek dat The Pit al wel heeft weten te vinden vooral bezig is te acclimatiseren. En wat de kleintjes betreft: die knuffelen met de poesjes die op de binnenplaats verstoppertje spelen.
Luisterliedjes van Vic Willems
Met wat fantasie zou je in Vic Willems een wat jongere uitvoering van Erik de Jong (ofwel Spinvis) kunnen zien. Dezelfde uitstraling, dezelfde soort Nederlandstalige muziek. Geen kant-en-klare verhalen met een duidelijke kop en staart, maar verhalen waar je voor een deel zelf invulling aan mag geven. Soms lief en poëtisch, soms ook boos of verdrietig.
Terwijl de kippen tijdens het optreden van Vic Willems zorgen voor de achtergrondgeluiden (‘dames en heren, we hebben een nieuwe leadzanger’) speelt Willems zijn liedjes. ‘Doe het met je ogen dicht / Doe het precies andersom / … / Speel gerust met vuur / Als dat is waar je voor gaat / En lach ze stiekem uit / Als iemand zich daar druk om maakt.’ Mooie liedjes van deze winnaar van de 32e editie (2016) van de Grote Prijs van Nederland in de categorie singer-songwriter.
Thinman&Sparrow: muziek met een boodschap
Festival The Brave bestaat dit jaar uit vier podia – naast The Pit is er het hoofdpodium Speakeasy, de wat meer in het open veld gelegen Cherry Garden en het tussen de rijen appelbomen gesitueerde Siddhartha podium voor het kleine, akoestische werk – en een deels overlappend programma. En dus moet er gekozen worden, waarbij niet alleen de muziekstijl maar ook de sfeer en afwisseling belangrijk zijn.
Dus op naar de Cherry Garden, voor het duo Thinman&Sparrow uit Amsterdam. ‘Ik ben dus Sparrow’, legt Frank Valchiria uit, ‘en hij daar met die gitaar en mondharmonica, Gian Jesus, is Thinman’. Denk aan subtiel gitaarspel, een volle donkere stem en liedjes met een boodschap. Een boodschap die misschien niet altijd past bij een mooie zaterdagmiddag in de zon en misschien niet altijd prettig is om te horen, maar die wel verteld moet worden. ‘Zijn wij uiteindelijk niet allemaal ‘immigrants’?’
Dollen met Giant Tiger Hooch
De overgang van het gedragen luisterlied van Thinman&Sparrow naar de vrolijke rammelrock van de band Giant Tiger Hooch (GTH) is groot. GTH staat garant voor drie kwartier onbekommerd genieten van lekker puntige nummers en luisteren naar de zin en onzin waarmee zanger Jeroen Ligter het publiek vermaakt. ‘Ik wil alle kinderen op het podium zien, dus kom maar op met die koters. Ga daar maar bij oom Simon staan, die jongen met die grote basgitaar. Die is goed met kinderen.’
Als het resultaat – er staan inmiddels zo’n tien kinderen op het podium – hem toch wat tegenvalt, laat Ligter zich ontvallen: ‘Jeetje, als dit alles is dan moeten we er snel wat aan doen, of er mee stoppen’. En precies dat laatste gaat binnenkort gebeuren. GTH stopt ermee; op 2 januari 2018 is het afscheidsconcert in Paradiso.
Marly Rose bouwt aan haar carrière
Wie nog lang niet van plan is te gaan stoppen is de uit Breda afkomstige Marlieke van Schaik, ofwel Marly Rose. Na haar geluk te hebben beproefd bij Idols 2016, waarin zij het tot de tweede theaterronde schopte, besloot zij nog meer tijd en energie te gaan steken in de muziek. De fulltime baan werd omgezet in een halftime aanstelling; de vrijgekomen uren worden vooral besteed aan het uitbouwen van haar muziekcarrière.
Voor Marly Rose betekent dit nieuwe nummers schrijven, en oude nummers voorzien van een nieuw jasje, zoals Saying Goodbye dat zij op haar 14e schreef en dat vanmiddag aan het slot van haar korte set wordt gespeeld. Misschien niet spectaculair, misschien niet echt vernieuwend, maar wel aangenaam om naar te luisteren bij het knusse Siddhartha podium.
Vier podia en 28 acts betekent elkaar overlappende optredens. De oplossing waarvoor The Brave heeft gekozen is er eentje waarbij in blokken van 45 minuten de optredens in The Pit en Cherry Garden parallel lopen, terwijl hetzelfde geldt voor het Speakeasy podium en Siddhartha. Bij de eerste combinatie is er geen enkel probleem. Het geluid in The Pit wordt keurig afgeschermd door de heuvel rondom en draagt niet tot bij het semi-akoestische Cherry Garden podium.
Maar bij de combinatie Speakeasy en Siddhartha gaat het soms fout. Bijvoorbeeld als op het hoofdpodium PALMSY lekker los gaat en bij het bordje Siddhartha Nancy Makiese, bijgestaan door Marjolijn Rokebrand op xylofoon, haar luisterliedjes brengt. Misschien bij The Brave 2018 toch een wat andere opstelling of indeling kiezen?
Je kunt het de vier jongens van PALMSY niet kwalijk nemen dat zij op het hoofdpodium gewoon datgene doen waar ze goed in zijn: het maken van lekker springerige indierock in de stijl van Bombay Bicycle Club of The Wombats. De liedjes liggen prima in het gehoor, zijn opzwepend zonder echt opdringerig te worden en verre van saai. Voeg daarbij het charisma van zanger/gitarist Morris Brand – die behalve in Palmsy ook in Radio Eliza speelt – en je hebt bijna een garantie voor een vrolijk, lekker luidruchtig halfuurtje. ‘Kom op mensen, graag een stapje naar voren’, daagt Morris Brand het publiek uit. Maar ja, die zitzakken wat verder van het podium trekken toch net iets meer.
Hollow Coves: indiepop uit Australië
‘Thank you Amsterdam and Festival The Brave. You were amazing. Such a great way to finish off our time in Europe’. Aldus de Facebookpagina van de band Hollow Coves de zondag na het festival, als de twee bandleden, Ryan Henderson en Matt Carins, al druk bezig zijn de koffers te pakken voor hun lange reis terug naar Brisbane, Australië. Zij hebben genoten, wij hebben genoten.
Van hun eigen Aussie interpretatie van het begrip ’indiefolk’, van hun harmonieuze samenzang, van de nummers van hun EPs ‘Drifting’ (2014) en ‘Wanderlust’ (2017) en van het feit dat zij bijna optimaal gebruik maakten van de mogelijkheden die het 360-graden podium van The Pit hen bood. Zo komen ook de mensen die aan de zijkanten zitten aan hun trekken.
Sam Brookes weet het even niet meer
Wie ook een ‘great time playing @festivalthebrave in #amsterdam yesterday’ had en daar nog aan toevoegt dat hij uitkijkt naar eventueel volgende optredens in Amsterdam en de rest van Nederland, is Sam Brookes. Een klassieke singer-songwriter uit Londen, Engeland. Een man, een gitaar, een dijk van een stem, en een optreden op het Speakeasy hoofdpodium dat in al zijn eenvoud staat als een huis.
Sam Brookes brengt liedjes van zijn in 2014 uitgebrachte album ‘Kairos’, met onder andere dat prachtige Wicked Game van Chris Isaac, in combinatie met wat nieuw werk. Alhoewel, bij dat nieuwe werk gaat het mis. Want hoe was die tekst ook al weer? Nog een keertje beginnen? Jammer, maar de tekst wil niet opborrelen in het hoofd van Sam Brookes. En juist dit soort momenten maken een concert bijzonder.
Tijd om, na een verfrissend drankje en een in een houtoven gebakken pizza, bij het Cherry Garden podium te kijken hoe Terence Roelofsen zich staande weet te houden tussen de rondscharrelende kippen en het lui in het gras liggende publiek. Manmoedig dus. Weliswaar niet staand, maar zittend op een houten kistje van de fruittuin waarin hij zich bevindt.
Vier jaar geleden werkte Roelofsen hier nog als vrijwilliger achter de bar, drie jaar geleden begonnen hij zelf liedjes te schrijven en vanavond speelt hij in deze denkbeeldige kersentuin. Het publiek hoort het welwillend aan, net als zijn kleine nichtje (met oorbeschermers) op haar eerste popfestival.
Eliza and the Bear, nieuw in Nederland
Geen ‘Eliza’ te zien bij deze band uit Londen. Ook geen beer trouwens, al komt Callie Noakes (keyboards, zang) gelet op zijn postuur een aardig eind in de buurt. Nee, de bandnaam is afgeleid van een bundel met gedichten geschreven door Eleanore Rees. Na twee EPs uitgebracht in 2014 en 2015, volgde in 2016 het debuutalbum simpelweg getiteld ‘Eliza And The Bear’ en dit album staat dan ook centraal tijdens deze eerste show van het vijftal op Nederlandse bodem. ‘Have you ever heard of us?’, vraagt zanger James Kellegher aan het publiek. Een bescheiden aantal handen gaat de lucht in. ‘Okay, let’s make it a party.’ En een party wordt het.
Tijd voor het laatste optreden in The Pit, tijd voor Matt Woods. Het wordt donker en het terrein is inmiddels lekker vol en dat komt de sfeer duidelijk ten goede. Een sfeer en omgeving waarin de sterk elektronisch getinte muziek van Matt Woods en zijn twee begeleiders meer dan uitstekend tot zijn recht komt.
Bijvoorbeeld in het nummer In The Dark. ‘You don’t have to save me every time / Just leave me in the dark / You don’t have to save me every time / Let me lose my heart, my heart, my heart.’ Over dat moment van intimiteit en verbondenheid tussen mensen; zo’n moment dat eeuwig zou mogen duren, maar in een flits voorbij kan zijn.
Minstens net zo mooi is Nothing Less, dat als vierde op de speellijst staat. Het is even wennen aan de falsetstem van Woods, maar zodra dat het geval is, valt op hoe prachtig stem en muziek elkaar aanvullen.
Fatherson als afsluiter
Tijd voor de uitsmijter voor wat betreft de podiumoptredens, tijd voor Fatherson uit Schotland. Geen doedelzakken, geen kilts. Wel een flinke portie powerrock in de traditie van bands als Frightened Rabbit en Panic! At The Disco. Niet moeilijk doen, gewoon lekker spelen en plezier maken.
Met Ross Leighton (zang, gitaar) die in de verte wel wat weg heeft van ‘Blaudzun’ maar dan met krullen. Met Marc Stain op basgitaar die als een soort Iggy Pop over het podium danst. Met Greg Walkinshaw die fanatiek zijn drumstel geselt. Met Chris Beltran (gitaar) die aan de zijkant de rust zelve blijft. En met een selectie van nummers van de twee albums die de afgelopen jaren zijn uitgebracht: ‘I Am An Island’ (2014) en ‘Open Book’ (2016).
Op naar The Brave 2018
Terwijl Fatherson op het Speakeasy podium de bezoekers nog eenmaal opzweept en bij The Pit een voorzichtig begin wordt gemaakt met de kampvuursessies, is het voor ons tijd om de balans op te maken van deze vierde editie van dit ‘festival der stoutmoedigen’. Een editie die de boeken zal ingaan als een aflevering zonder echt grote namen, maar een aantal aangename verrassingen. We noemen Matt Woods, we noemen Vic Willems.
Een editie waarbij de gezelligheid troef, en de sfeer meer dan uitstekend was. Een editie waarbij kinderen konden knuffelen met kippen en katjes, en volwassenen met elkaar. Huiswerk? Misschien toch nadenken over één of twee echte ‘toppers’ en hoe ervoor te zorgen dat overlappende optredens zo weinig mogelijk last van elkaar hebben. Op naar The Brave 2018.
Tekst & Foto’s: © Herman Sixma