In gesprek met de broers van Tangerine
Met ‘There and Back’ verscheen onlangs een nieuw album van het folk-duo Tangerine. Voor deze nieuwe plaat reisden het uit de tweelingbroers Arnout en Sander Brinks bestaande Tangerine af naar Tucson, Arizona in de Verenigde Staten waar ze het album opnamen met producers John Covertino en Joey Burns van de Amerikaanse band Calexico. Inmiddels zijn de broers in ons land begonnen aan een tournee ter promotie van het nieuwe album. Voor ons alle reden om de heren eens nader aan de tand te voelen.
Jullie zijn opgegroeid in Assen. Is dit nu een voordeel of een nadeel als je kijkt naar de muziekscene in Assen? In Assen draait het veel om de blues.
Sander: “In Assen hadden wij het Café De Witte Bal en we kwamen ook veel in De Amer in Amen. Daar werd inderdaad veel Blues gespeeld, maar ook folk en americana. Internationale singer-songwriters die over de wereld tourden kwamen ook in Café De Witte Bal. Daar gingen wij vroeger vaak naar toe. Het Noorden van Nederland is erg georiënteerd op de blues en americana. Wij gaan ook bijna ieder jaar naar een bluegrass festival genaamd EWOB en een groot deel van het publiek daar komt uit Noord-Nederland. Ik weet niet hoe dat komt, misschien door de connectie met het boerse of zo? americana en blues komen toch van het platteland.”
De komen jullie aan de naam van de band?
Sander: “Onze naam bestaat al vijftien jaar.”
Arnout: “We hebben het woordenboek opengeklapt. Kijk, we wilden muziek maken en we vonden dat we een naam moesten hebben. We werkten toen bij een meubelmakerij waar we schoonmaakten en de vloeren veegden. Op een avond waren we daar aan het vegen en zaten na te denken over de naam en ons oog viel toen op een staal met kleuren. Op een staal stond Tangarine. Wij dachten dat klinkt super melodisch, laten we dat doen.”
Waren jullie het beiden eens?
Sander: “Het was purple, red, blue of tangerine. Die keus was dus niet moeilijk. We zijn het niet vaak eens, maar in dit geval wel, he broertje?”
Arnout: “Tja ik ben 7 minuten jonger, dat kun je wel zien.”
Op een gegeven moment kregen jullie diverse aanbiedingen van platenmaatschappijen. Wat heeft jullie doen besluiten om bij het platenlabel Excelsior een contract te tekenen. Wat hadden zij jullie te bieden wat andere platenmaatschappijen niet hadden?
Sander: “We hadden er een goed gevoel bij. Je moet het ook niet moeilijker maken dan het is, je wordt benaderd door mensen en je kiest voor diegene waar je een goed gevoel bij hebt. Wij luisterden vroeger al wel veel naar Excelsior platen en hadden veel interesse in de muziek van Excelsior, onder andere met Johan, Darryll-Ann en Solo.”
Jullie Tijdens de Tribute to Gram Parsons treden jullie ook op met andere Excelsior artiesten. Waarom deze show met o.a. Stephanie Struijk, Tim Knol, Leo Dijkshoorn?
Sander: “Het is natuurlijk Excelsior familie.”
Arnout: “Niet alleen maar natuurlijk, Lea Kliphuis en Tim Knol zitten bij ons, maar Stephanie Struijk zit bij Agents After All en Douwe Bob bij Universal. Kijk, Excelsior is wel een beetje familie, maar aan de andere kant is het hoe dan ook zo dat muzikanten in Nederland een soort familie zijn. Iedereen kent elkaar wel, ook zonder dat je elkaar gezien hebt.”
‘Ik vind het ook leuk om Gram Parsons liedjes te spelen
Zijn muziek is fantastisch’
Wat verwachten jullie op 7 november in Zwolle met Tangarine presents: A tribute to Gram Parsons?
Sander: “Er komen alleen maar muziekliefhebbers en dat is het beste publiek wat je kunt hebben. Gram Parsons is niet zo bekend in Nederland, dus er komen alleen maar fans.”
Arnout: “Ik vind het ook leuk om Gram Parsons liedjes te spelen, fantastische muziek.”
Wie heeft de songs gekozen die gespeeld worden?
Arnout: “Iedereen heeft de liedjes zelf uitgekozen. Ze mochten het zelf uitzoeken.”
Hoe zit dat bij jullie?
Arnout: “Bij ons is dat in goed overleg gegaan.”
Sander: “Nou, ik heb dat voornamelijk gedaan en Arnout vond het goed. We gaan ook Sin City spelen en Love Hurts. Dat liedje sprak ons aan. Hiervoor zat Gram Parsons in The Byrds en daarna in The Flying Burrito Brothers. Wij kennen hem al heel lang en we vinden hem erg tof.”
Jullie speelden ook een liedje van The Byrds?
Sander: “Klopt, maar Dylan heeft het geschreven. Dylan mag blij zijn met The Byrds, zij speelden veel liedjes van hem.”
Het nieuwe album hebben jullie opgenomen in Amerika, waarom daar?
Sander: “We zijn onlangs verhuisd naar Zwolle. We waren erg onrustig en wilden iets totaal anders gaan doen. We waren bang om vast te lopen en vast te roesten. Dat wilden we voor zijn en het leek ons geen goed idee om een plaat in Nederland op te nemen. We wilden een paar maanden weg en Amerika is een fantastisch en zeer inspirerend land. Daar zijn zoveel goede muzikanten en we besloten het daar te gaan doen. Toen was het overigens nog niet rond, maar we besloten om daar heen te gaan en daarna te kijken waar en met wie we het doen.”
‘We zijn met een camper Route 61 afgereden om inspiratie op te doen
Als je inspiratie hebt moet je dat moment pakken’
Hebben jullie er meteen een vakantie aan vastgeknoopt?
Sander: “Soort van ja. We zijn met een camper Route 61 afgereden om inspiratie op te doen, we hadden wel een doel. We waren daar niet alleen maar om lekker vakantie te houden. Op vakantie ben ik sowieso erg geïnspireerd door de omgeving, en vaak aan het werk. Als je inspiratie hebt moet je dat moment pakken, dat is heel belangrijk.”
Hoe deden jullie dit dan?
Sander: “Kijk, onze twee dames waren ook mee en die reden vaak de camper. Zo konden wij achterin lekker schrijven.”
Arnout: “Dit nemen we op met de telefoon en soms spreek ik enkele teksten in. Melodie en teksten komen dan samen. Ik schrijf voornamelijk de teksten en Sander geeft vaak aanzetjes.”
Sander: “Ik denk dat wij op een heel andere manier werken. Als ik een moment van inspiratie heb, wil ik er zoveel mogelijk uithalen, zoveel mogelijk ideeën. Arnout is veel beter in het verder uitwerken en het af te maken. Kijk, je moet je voorstellen dat je ruzie met iemand hebt, ik sla hem en hij ligt op de grond en Arnout schopt na. Toch wel een rare vergelijking. Nu ik het zeg, klopt het eigenlijk niet.”
Jij geeft de voorzet en Arnout kopt hem in.
Sander: “Nee, dat is eigenlijk ook onzin want Arnout komt ook met ideeën. Weet je wat het is, het is nooit af als de ander er niet aan heeft gezeten.”
Arnout: “Dit geeft dus aan dat ik iets beter ben, toch?”
Sander: “Dit wordt natuurlijk weer gepubliceerd, die quote ‘Arnout vindt zichzelf iets beter’.
Waar komt de inspiratie nog meer vandaan, de liefde?
Sander: “De mensen waar je mee samenwerkt en die dichtbij staan inspireren je altijd.”
Arnout: “Als kunstenaar en muzikant en maker van liedjes is het voor ons een automatisme en ik denk dat het heel belangrijk is om zeer bewust te leven, dingen in je op te nemen. Dat werkt voor ons bij het schrijven van liedjes. ‘s Avonds denk ik er nog wel aan terug en denk dan, dat lag daar en daar aan.”
Tijdens het optreden van vanmiddag zongen jullie ook een aantal liedjes die niet op het album staan.
Sander: “Klopt, dat waren: Dissapears With Time, Only One Last Tear Drop, Thank God For You en When I Look In Your Eyes.”
Waarom staan die niet op het album?
Sander: “Het gaat niet om de beschikbare ruimte, maar je wil een compleet plaatje maken, een geheel. En dat heeft soms consequenties.”
Arnout: “Soms is het zonde om zoveel liedjes op de plaat te zetten. Ik vind het leuker om het strak te doen, als een los iets. Dat heeft veel meer waarde, maar het moet wel een geheel zijn.”
Sander: “Platen kunnen ook te lang zijn, ik wil het kunnen volgen. Na twaalf nummers kun je zeggen; ik heb elk liedje gesnapt. Dat lukt niet met 20 liedjes.”
Het nieuwe album ‘There and Back’ werd opgenomen in Tucson Arizona USA met de producers John Covertino en Joey Burns (Calexico). Verschilt hun aanpak van opnemen veel met de Nederlandse aanpak?
Arnout: “De roots, de wortelen van de muziek, die wij ook in onze muziek hebben, stroomt bij hun door de aderen. Hun manier van spelen en aanpak komt heel makkelijk samen. In Nederland denken de mensen waar wij mee werken in een andere muziekstijl. Het zijn andere roots en dat hoor je meteen terug.”
Het opnemen van de nummers, gaat dat ook anders?
Sander: “Zeker, dit is de eerste plaat waarin we alles live hebben gespeeld. Uiteindelijk wel wat overdubs, maar de basis van drum, bas, zang en gitaar niet. Wel goed gerepeteerd natuurlijk.”
“Je moet je voorstellen dat wij daar komen en John (Covertino) en Joey (Burns) niet dagelijks zien. Het was dan ook niet makkelijk om daarheen te gaan. Wij zijn naar de studio gegaan en hadden de liedjes nog niet gespeeld. In de studio speelden wij het drie keer en dan opnemen.”
Sander: “Ik vind het wel een zeer toffe manier van werken, vooral omdat je met muzikanten werkt waar je een enorme klik mee hebt. En dan op die manier iets opnemen, frisser krijg je het niet.”
Arnout: “Als je platen maakt die live zijn opgenomen, zoals wij in de basis met John en Joey gedaan hebben, speel je de nummers een aantal keren. Wij hebben ze maar twee a drie keer ter plekke live gespeeld en daarna direct geluisterd als demo.”
Sander: “We hebben in vier dagen zestien liedjes opgenomen. Dat ging heel snel, er was sprake van een zeer goede connectie.”
‘De rest van de liedjes liggen gewoon nog op de plank.
Die zijn misschien voor de toekomst, of de prullenbak’
Jullie hadden 31 liedjes opgestuurd. Wat is er met die andere gebeurd?
Arnout: “Iedereen had zo zijn favorieten en er werd veel over gediscussieerd. De rest ligt gewoon nog op de plank. Misschien voor de toekomst, of de prullenbak.”
Is het avontuur in Amerika volgens jullie voor herhaling vatbaar?
Sander: “Ik vind van wel. Niet om mijzelf een schouderklopje te geven, maar meer ook vanwege de studio. Die was gewoon heel erg goed. Het is de best klinkende plaat die wij tot nu toe gemaakt hebben, dus ik wil daar graag weer heen. Het is ook nog eens een zeer inspirerende plek. Daarnaast hebben wij de kans gekregen om met muzikanten te werken waar wij groot fan van zijn. Joey Burns kent veel muzikanten in Amerika en iedereen kent elkaar, die muzikantenwereld is heel klein. Joey kwam soms met voor ons onbekende muzikanten aanzetten.”
Hebben jullie Calexico wel eens zien spelen in Nederland?
Sander: “Wij hebben ze in België ontmoet en hebben het er toen over gehad of ze met ons wilden samenwerken. Er moet een klik zijn om met elkaar samen te werken. Wij zijn naar hun concerten geweest en hebben ook met ze samengespeeld op het podium. Zo is het een beetje gegroeid. Toen wij de keuze maakten om naar Amerika te gaan en er sprake was van een connectie met Calexico hebben we elkaar vaker ontmoet.”
Waren jullie ook erg tevreden over de productie van het album door John Covertino en Joey Burns.
Sander: “Weet je, de manier van produceren van Joey is zorgen dat het moment dat je opneemt zo goed mogelijk is. Dat dat je met zijn vieren in zo’n goede bubble komt om live op te nemen en dan meteen de juiste take te pakken hebt. Dat is zijn manier van produceren. Het klinkt vrij simpel, maar het is heel belangrijk. Hij zei ook dat we het moesten houden zoals we het op de demo opgenomen hadden, dus de eerste versie van hoe wij een liedje maken, en hoe wij het bedoeld hebben. Hij probeerde continu tot de kern te komen van wat wij eigenlijk bedoelden.”
Dus eigenlijk heeft hij jullie puur op de plaat gezet zoals jullie het allemaal willen horen en hij ook.
Sander: “Het moest zo dicht mogelijk bij ons staan. Joey had een hele productie kunnen maken, met toeters en bellen en misschien mariachi zoals bij Calexico, maar dat zijn wij niet.”
Arnout: “Hij heeft het puur en sereen gehouden.”
Joey en John hebben ook meegespeeld op het album en hebben hier ook nog de release show in Tivoli met jullie gedaan. Nu treden jullie op met een Nederlandse band, is er verschil?
Arnout: “Wij kennen Robin Buijs (drums) en David Corel (bas) al heel lang, het zijn prettige muzikanten en zij passen goed bij ons. Rolf Verbaant (gitaar) hebben wij later gevonden. Voordat wij naar Amerika gingen wisten wij al dat wij met hen gingen spelen. Het moet klikken tussen de muzikanten.”
Sander: “Wij zochten ook geen vervanger voor Joey Burns, maar op zich zelf staande muzikanten. Ik vind het ook onzin dat alles precies hetzelfde moeten zijn. Het is leuk als het anders is maar zoveel verschilt het niet, de basis is hetzelfde en wij moeten muzikanten hebben die dat ondersteunen. Dat is de essentie van de plaat die wij gemaakt hebben, en wat wij ook op het podium doen.”
Jullie hebben zelf de coverfoto van het album gemaakt, hoe ging dat?
Sander: “We hadden ons fototoestel op een statief gezet en gebruikten een timer. We hadden tien seconden om op onze plek klaar te staan. We hebben trouwens heel veel foto’s gemaakt, maar deze hadden we heel erg snel. De omgeving waar wij de foto gemaakt hebben was erg leeg en de zon scheen fel, het was superwarm. Toch staan we daar met hele warme kleren, daarom is die foto ook zo scherp en strak. Wij zijn geen professionele fotografen, maar we hadden een camera mee om onze trip door Amerika vast te leggen. En misschien konden we de coverfoto ook zelf maken en dat is gelukt. Het is ook geen dure camera of zo, maar soms heb je de foto ineens.”
‘Er komt ook een documentaire over onze tijd in Amerika
Over de tijd in de studio en het maken van liedjes’
Op RTV Drenthe was een reportage over jullie (‘De week van…’). Wie z’n idee was dat?
Sander: “Dat was een idee van RTV Drenthe. Er komt trouwens ook nog een documentaire die wij zelf gaan uitgeven. Die komt misschien op TV en is ook online te bekijken. Het gaat over onze tijd in Amerika, maar vooral over de tijd in de studio en het maken van liedjes.”
Wie heeft die documentaire gefilmd?
Arnout: “Jeroen Willems, hij werkt bij RTV Drenthe. Wij hebben zelf ook een gedeelte van de documentaire gefilmd en dat wordt dan een geheel. We proberen het zo snel mogelijk uit te brengen. Het is nu in ieder geval klaar.”
Vorig jaar hebben jullie ook nog een nummer geschreven over de aanslagen in Parijs. Hoe kom je op zo’n moment aan inspiratie?
Sander: “Dat was een vraag van Giel Beelen, hij vroeg de dag ervoor of wij een liedje wilden maken en we hebben ter plekke een liedje gemaakt. Zelf opgenomen en dat naar Giel gestuurd. Het is maar een kort liedje dat hij wilde gebruiken onder een kort filmpje. Een filmpje van een vader die aan zijn zoontje uitlegt wat er precies gebeurd is. Dat zoontje stelt eigenlijk slimme vragen, waarom al die bloemen en zo. De vader zegt dan: ‘Bloemen zijn sterker dan kogels’. Dat was voor ons de inspiratie om dit liedje te maken en Giel heeft het gebruikt onder dat filmpje. We spelen het eigenlijk nooit live, het moet wel passen bij het moment.”
Tangarine liet zich vorig jaar ook nog een paar dagen opsluiten in het Dominicanenklooster te Zwolle. Hoe beviel dat.
Sander: “We zijn gevraagd om daar een dag en een nacht te blijven om mee te draaien met de broeders en ons te laten inspireren door de omgeving. Het gebouw is oud en supermooi, de gebouwen die toen gebouwd werden zijn zo bijzonder.”
Arnout: “Zo oud is het niet hoor, eind 19e eeuw.”
Sander: “De wijk Assendorp heeft men erom heen gebouwd. Ik vind het ook heel leuk om in het diepe gegooid te worden.”
Hoe komen jullie aan de gitaren? Ik zag een akoestische gitaar, maar ook een elektrische Gretsch gitaar.
Sander: “Ik heb wel eens een liedje gecomponeerd op een akoestische gitaar, maar live speel ik het met een elektrische gitaar. En dit kan ook variëren. Ik vind het soms ook zeer inspirerend om een nieuwe gitaar vast te houden. Dat geeft soms een heel andere draai aan een liedje. Wij houden ook heel veel van gitaren.”
Waar kopen jullie de gitaren?
Sander: “In Nederland heb je de beste gitaarwinkel van Europa; The Fellowship of Acoustics in Dedemsvaart. Dat is het Walhalla van gitaren. We komen daar geregeld om gitaren te shoppen. Wij hebben ook hele oude gitaren, één van mijn akoestische gitaren is uit 1930. Ik vind het heel inspirerend dat zo’n gitaar zo’n leven heeft gehad. Het hout is zo oud en uitgedroogd dat de klank heel bijzonder wordt. We zijn altijd op zoek naar mooie gitaren.”
Hoe ouder een gitaar des te beter ie klinkt?
Arnout: “Niet per definitie, maar een oudere gitaar ontwikkeld een bepaalde charme, een karakter.”
Sander: “Een nieuwe gitaar klinkt voor mij soms te steriel.”
Wat zijn de plannen voor de komende tijd, touren?
Sander: “We gaan heel veel spelen en op zoek gaan naar plekken om in het buitenland te spelen. We spelen eerst in Nederland en gaan dan naar het buitenland, Europa en Amerika. We gaan nu wat lijntjes uitzetten.”
Tekst & Foto’s: Henry Knegt