Donker, dreigend en fascinerend optreden in Ekko
Als het optreden van het uit Schotland afkomstige The Twilight Sad in Ekko zijn einde nadert is het tijd voor nog één nummer. Twaalf nummers lang heeft de band alles gegeven. Om uiteindelijk met And She Would Darken The Memory van debuut-album Fourteen Autumns & Fifteen Winters het slotnummer in te zetten. Nog één keer perst zanger James Graham alles uit zijn lijf. Zwalkend en zwaaiend met zijn microfoonstandaard over het podium. De ogen dicht. Nog één keer gaat de band voluit. En het publiek kijkt ademloos toe …..
Het blijft verbazingwekkend dat Ekko niet is uitverkocht voor het concert van The Twilight Sad (TTS). Waar sommige bands (denk aan Alt-J) maar één album nodig hebben om door te breken en andere (denk aan het eveneens Schotse Snow Patrol) er iets langer over doen om een zaal als de HMH uit te verkopen, blijft het ploeteren voor de mannen van TTS.
Muziek als passie
Hoewel de albums alom bejubeld en de optredens lovend besproken worden lukt het de band tot nu toe niet om echt door te breken. Jammer, want The Twilight Sad verdient beslist een groter publiek dan zij nu trekt. Maar ergens ook wel fijn, want het biedt aan zo’n 150 echte liefhebbers de mogelijkheid een grote band aan het werk te zien in een bescheiden zaaltje als Ekko.
We gaan 12 jaar terug in de tijd naar 2003. Terug naar het slaperige plaatsje Kilsyth, ergens op het Schotse platteland tussen Glasgow en Stirling. Met het middelbare schooldiploma net op zak besluiten James Graham (zang), Andy MacFarlane (gitaar) en Mark Devine (drums) nu eindelijk echt werk te maken van hun passie voor muziek. En de bassist? Die wordt, in de persoon van Craig Orzel, gevonden na een toevallig gesprek bij een bushalte.
The Twilight Sad – de bandnaam komt uit het gedicht The War Poems van Wilfred Owen – is geboren. In 2010 wordt Craig Orzel opgevolgd door Johnny Docherty, maar de drie andere oprichters van de The Twilight Sad staan ook vanavond in Ekko nog steeds broederlijk naast elkaar op het podium. Samen met de inmiddels vaste toetsenist: Brendan Smith.
Tijdens het optreden in Ekko ligt de nadruk op het recente album, Nobody Wants to Be Here and Nobody Wants to Leave. Geopend wordt met There’s a Girl in the Corner, gevolgd door Last January. Deze twee nummers zetten de toon voor het optreden en worden – samen met de titeltrack en It Never Was the Same – ook door de band zelf beschouwd als sleutelnummers van het album. Maar naast de nieuwe nummers is in de ruim 75 minuten durende set ook ruimte voor ouder werk.
Donker en dreigend
Van het eerste album horen we – naast het prachtige Darken the Memory waarmee het concert wordt afgesloten – ook het allereerste nummer dat de band ooit schreef: That Summer, at Home I Had Become the Invisible Boy. Van het tweede album Forget The Night Ahead komt het altijd uitdagende I Became a Prostitute (op de setlist aangeduid als ‘Prossie’) voorbij. En het derde, meer elektronische album is vertegenwoordigd met onder meer Alphabet.
De prijs voor de meest vreemde, wat morbide titel gaat naar Drown So I Can Watch, met als beginregels “I put you through hell / But you carried it oh so well / You carried it oh so well / Don’t you?”. Dit om even de sfeer te scheppen. Het blijft een vreemde band, The Twilight Sad. Niet een band die hoog scoort op de factor ‘vrolijkheid’. Het klinkt zowel op de albums als bij de live-optredens, zoals vanavond in Ekko, in de regel vooral donker en dreigend. Maar ook fascinerend.
Tekst en foto’s : Herman Sixma